Zijn Olga was drie maanden geleden overleden. Vastberaden was hij om hun voorgenomen idee: ‘een nieuw huis met een tuin voor de kinderen’ vorm te geven. Hij kocht een prachtig huis aan zee.
Een bevriend architect had een goed bestek voor de verbouwing gemaakt. De tekeningen stonden als een huis. Maar de invulling was nog een hele klus. Vloeren, raambekleding, tegels voor de badkamer, kleuren op de muur, meubels, lampen… Het duizelde Pieter-Jan bij het moeten maken van al die keuzes.
Hij benaderde mij als interieurontwerper, om een plan voor zijn huis te maken. De eerste ontmoeting was in een badkamer-showroom in Amsterdam-Noord. Onwennig liepen we de showroom door. Pieter-Jan liep direct naar de tegels die hij met Olga in hun vorige huis had gehad. Als het aan hem lag, koos hij dezelfde. ‘Wat is wijsheid?’, gonsde het door mijn hoofd. ‘Een klant door zijn sentiment laten leiden? Of toch ingrijpen?’ Tactisch leidde ik hem naar tal van andere mogelijkheden.
Bezoekjes aan winkels en showrooms werden onderdeel van het interieurplan dat ik had gemaakt. Soms vloog Pieter-Jan uit de bocht. Zo stuurde hij me nadat hij op mijn aanwijzing een moodboard had moeten maken – een volledig zwart/wit interieur. Het stond symbool voor zijn hang naar rust. Heel begrijpelijk na de rollercoaster waar hij de laatste jaren in had gezeten. Mijn hang naar kleur werd een running gag. Hij begreep mij, ik begreep hem.
Voor de roomkleurige Muuto bank met zijn afwijkende vormgeving vielen we beiden als een blok. Een mooi compromis. Als we de winkel uitlopen, zegt Pieter-Jan: ‘Olga had deze bank fantastisch gevonden’. De tevredenheid van de klant geeft mij een voldaan gevoel. ‘Je huis wordt een plaatje’, beloof ik hem.
De samenwerking verloopt steeds soepeler. Soms valt er zoveel te kiezen dat ik volsta
met een gecategoriseerd overzicht aan linkjes. Pieter-Jan kiest wat uit. Ik schiet op zijn keuzes. Et voilà… We zijn eruit. Het hele proces eindigt met de gevleugelde woorden van Pieter-Jan: ‘Ik weet dat je het saai vindt Emmy, maar ik kies toch voor wit.’ Lachend beaam ik zijn keuze.
Het eind raakt in zicht. Inmiddels ben ik als het om het interieur gaat zijn steun en toeverlaat. Het afronden/ fine tunen is een belangrijk proces. Je kunt een huis vol zetten met mooi design maar de finishing touch zorgt voor leven in de brouwerij. Samen verpotten we zijn planten, ik zorg voor plaids en kussens. Bij de nieuwe bank leggen we drie verschillende kleden neer. De zwart/witte sneuvelt. Het wordt degene die ik in gedachte had; een ingetogen kleed in een grijze tint.
Wat rest is nazorg. Leveringen laten wel eens op zich wachten, er gaat wel eens wat fout. Of iets valt toch tegen. Zoals de kleur van de poten van de stoelen, die als laatste worden bezorgd. Pieter-Jan hangt verontrust aan de telefoon. ‘Emmy, de zwarte poten zijn niet zo mooi.’ ‘Geen probleem Pieter-Jan’, druk ik hem op het hart. ‘Overal is een oplossing voor.’ In dit geval laten we de poten wit spuiten. Pieter-Jan is opgelucht. Mensen geruststellen, op ideeën brengen, helpen bij het maken van de juiste keuze; het geeft me zoveel voldoening.
In de logeerkamer staan allerlei schilderijen uit het oude huis opgeslagen. ‘Moeten deze wel terugkomen?’, vraagt Pieter-Jan zich af. Ik ben benieuwd of hij zich laat leiden door zijn sentiment of door het maken van een nieuwe frisse start. Hij kiest voor het laatste.
Hartelijke groet, Emmy